Thema A. Duurzaamheid, klimaat en natuur. 28 ingevulde individuele biljetten

Energietransitie

  • Op korte termijn aan de slag, opdat Meierijstad in 2040 energieneutraal kan zijn. 
  • Op wijkniveau invoeren: een batterij in de wijk en niet per woning. 
  • Alle sportvelden in de gemeente inzetten ten behoeve van de energietransitie. 
  • Zorg dat de basis op orde is (nb. het elektriciteitsnetwerk). 
  • Als gemeente zelf 100% duurzaam energie opwekken en zelf deze energie leveren aan burgers en bedrijven. 
  • Meer zonnepanelen op daken. 
  • Geef ruimte aan ondernemers om bijv. accu’s te plaatsen (vergunning technisch).
  • De gemeente moet meer het voortouw pakken op gebied van de energietransitie (bijv. ten aanzien van mogelijkheden voor energie opslag en transport). 
  • Haal barrières weg om bedrijven en burgers te stimuleren (bijv. zonnepanelen op parkeerplaatsen bij bedrijven). 
  • Faciliteren en subsidiëren van energiebesparende maatregelen. 
  • Voorlichting. 
  • Erkennen dat energierendement op huidige investering niet kan werken. De huidige aanpak energietransitie is een papieren werkelijkheid. 

Duurzaamheid

  • Betaalbare mogelijkheden voor verduurzaming moeten zo snel mogelijk voor iedereen beschikbaar zijn. 

Biodiversiteit 

  • Verhogen van de biodiversiteit. Betrek inwoners en de agrarische sector, welke kunnen zorgen voor veel onderhoudswerk. 
  • Verhogen van de biodiversiteit in de wijk. Koppelen aan alle nieuwe plannen. 
  • Bio-norm in plaats van parkeernorm. 
  • Verhoog kennis binnen de gemeente met betrekking tot biodiversiteit. 
  • Aanplanten = meer biodiversiteit = betere voedselproductie. 
  • Biodiversiteit <-> glyfosaat? Geen verbod glyfosaat op verpachte gronden van gemeente. 
  • Actieve aanpak tegen Aziatische hoornaar. 
  • Neem als gemeente/semi overheden verantwoordelijkheid betreft maaien etc. 

Waterbeheer

  • Gezamenlijke sturing + vasthouden van water waar het valt (niet afvoeren). Waterbuffering is noodzakelijk. 
  • Hemelwater minimaal 1x hergebruiken. 

Groen 

  • Ben zuinig op de groene ruimte, denk aan de CO2 opname. 
  • Zorg voor het vergroenen van de wijk/stedelijke gebieden. Wonen en groen kan een mix zijn. Nieuwe wijken groen aanleggen (vooraf in plaats van achteraf herstellen). 
  • Zorg voor een sterke structuur, groen tussen natuurgebieden (laagdrempelig, en flexibel). 
  • Visie op toekomstige sterke groen structuur binnen de bebouwde kom. 
  • Groen, tenzij… 
  • Nieuw groen = vrij groen. 
  • Massale aanplant van heggen op grenzen van het bouwland. 
  • Ga zéér zorgvuldig te werk bij bomenkap (kap niet, plant het equivalent van de gekapte boom terug). 

Ruimtelijke ordening

  • Duidelijkheid in ruimtelijke ontwikkeling (milieu, natuur, woningbouw, industrie). 

Klimaatadaptatie

  • Duidelijke visie rondom klimaatadaptatie nodig. 
  • Begin vroeg, de jeugd is de toekomst, zorg dat je ze mee krijgt. 

Mobiliteit

  • Geen gratis parkeerplekken meer. 
  • OV gratis maken. 

Landbouw/agrarisch gebied

  • Regionale voedselproductie. Combineren met meer productie groen in buiten gebied (dit zou vrij groen moeten zijn: mag weer weggehaald worden). 
  • Boeren belonen om groen. 
  • Gebruik agrarisch gebied zorgvuldig. 
  • Agrarische sector: met welke elementen/producten kan een bedrijventerrein of de woningbouw iets mee. 
  • Leefbaarheid landelijk gebied is een gezamenlijke aanpak.  

Waterstof 

  • Afslag waterstof naar Meierijstad.

Circulariteit

  •  Circulariteit / kringloop gedachte. Voorbereiden op een samenleving die geen grondstoffen maakt en geen afval produceert. Dus geen olie/gas etc. 
  • De burgers anders leren denken. Minder consumeren: is iets echt nodig? 

Industrie

  • Industriële groei die bij de gemeente past, rekening houdend met klimaat en natuur. 

Schone lucht, milieu

  • Schone lucht, milieu.

Overheid 

  • Integraal beleid, ga voor de lange termijn. Blijf weg van postzegel politiek. 
  • Neem de burger mee. 
  • Verschaf voldoende informatie (bijv. betreffende duurzaamheid). 
  • Geef als gemeente zelf ook het goede voorbeeld. 
  • Begin met projecten.
  • Stop met het continue oneens zijn. Durf beslissingen te nemen, keuzes te maken. 
  • Haal barrières weg. 
  • Niet alles alleen volgens precieze regeltjes toetsen, een goed plan moet kansen krijgen. 
  • Zorg dat er wat gebeurd (dat plannen niet blijven hangen in politieke/wetgeving molen). 
  • Maar ook: geen sprake van vrijheid, blijheid. Mondiale uitdaging. Soms zijn regels van bovenaf noodzakelijk. 
  • Meer lef, durven en doen! Actie ondernemen. 
  • Op basis van vertrouwen (met mensen die er verstand van hebben). 
  • Samen doen, samen de ruimte op zoeken, gemeente en inwoners. 
  • Innovatie en slagkracht benutten van de gemeenschap / het ondernemerschap.  
  • Opletten met te veel participatie. 
  • Volgen van landelijk beleid na besluit, en niet eerder. 
  • Urgentie benadrukken. 
  • Vraagstukken meer benaderen vanuit ‘crisis’ (maakt versoepelen wetgeving eenvoudiger) 
  • Efficiënter werken.