Thema J. Meedoen, inclusie en actief burgerschap. 19 ingevulde individuele biljetten

Meedoen en inclusie

Iedereen kan en mag meedoen.
De totale gemeenschap bereiken.
Meedoen en samen meemaken werkt verbindend.
Vrijwilligers voor de verenigingen, stichtingen en sport zoeken / behouden waardoor faciliteiten behouden blijven om mee te kunnen blijven doen.
Gelijke kansen binnen het verenigingsleven.
Regenboogvlag.

Burgerberaad.
Burgerraadpleging.
Beslisbevoegdheid.
Laagdrempelig en toegankelijk platform om burgers te kunnen benaderen, welke bekend is bij iedereen.
Gemeente open laten staan voor burgerinitiatieven.

Investeren in jongeren - vrijwilligerswerk (bijvoorbeeld maatschappelijke stage).
Jongeren behouden binnen onze gemeente.
Onderwijs verbinden aan wijken. Onderwijs weer onderdeel van de wijk maken door de wijk ook leslokaal te laten zijn.
Actief burgerschap aanleren. Als overheid voortouw nemen om concepten te organiseren waarin actief burgerschap wordt gestimuleerd.
Basisscholen betrekken.
Elk kind, jongere met ondersteuningsbehoefte krijgt ruimte om deel te nemen binnen maatschappelijk leven en arbeid.
Kindcentrum met onderwijs, zorg, bso, begeleiding voor kinderen met beperking of extra ondersteuningsbehoefte.
Open houden van basisscholen, gemeenschapshuizen en clubgebouwen.
Passend onderwijs op inhoud en huisvesting.
Goede aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt.
Ondersteuning voor gezinnen moet aansluiten bij de behoefte vanuit één loket voor onderwijs en hulp.
Jeugd en jongeren meer betrekken. Betrokkenheid jeugd, jeugd is de toekomst, laat ze meedenken, maar stel de gemeente er ook voor open.

Blijf actief als gemeente.
Faciliteren door gemeente.
Open deuren, uitnodigend. Inloop.
In gesprek. Blijven ontmoeten. Houd contact met burgers.
Drempels verlagen: bestuur versus burger.
Passend bij de diverse doelgroepen mensen benaderen om ideeën te genereren.
Behoefte peilen bij diverse doelgroepen.
Betere organisatie en afstemming.
Eén centraal loket?
Uitgaan van mogelijkheden en talenten.
Betrokkenheid.
Communicatie.
Urgentie benoemen / voelen.
Kennis maken met elkaar.
Voordelen benoemen.
Gelijkwaardige besluitvorming (i.p.v. meerderheid).
Bereikbaarheid en bereidwilligheid van het ambtelijk apparaat verhogen.
Netwerken met elkaar in contact brengen.
Zorg voor culturele activiteiten of inzet van kunstenaars om ook buiten de kaders te kunnen denken.
Adopteren van lijnen door scholen of buurthuizen.
Betrek organisaties van culturele minderheden / migranten.
Leefwereld boven systeemwereld.
Het omarmen van je maatschappelijke opdracht.
Wat kan ik bijdragen?