Aflevering 44: Stadsdichter
In deze aflevering gaat Menno in gesprek met Brandon Versantvoort, stadsdichter van Meierijstad, en Sonja van den Heuvel, werkzaam als bibliothecaris en programmamaker bij de bibliotheek. Samen gaan ze in gesprek over het stadsdichtersschap. Hoe wordt een stadsdichter gekozen? Wat betekent het om stadsdichter te zijn en zijn er nog wensen voor de toekomst?
U kunt de podcast ook op andere platforms beluisteren.
Bekijk hier de verschillende platforms
Transcriptie
Menno:
Dit is Menno in Meierijstad. In deze podcast ga ik, Menno Roozendaal, als wethouder van de gemeente Meierijstad, in gesprek met mensen over onderwerpen die mij na aan het hart liggen. In gesprek met echte mensen uit Meierijstad.
Welkom bij een nieuwe aflevering van de podcast Menno in Meierijstad. Vandaag heb ik twee gasten in de studio, onder andere onze stadsdichter in Meierijstad, Brandon. Brandon Versantvoort, geboren en getogen in Meierijstad.
Brandon:
Ja, ik ben eigenlijk geboren in Tilburg, maar daar wil ik het eigenlijk niet over hebben. Nee, ik ben verder vanaf mijn nulde jaar opgegroeid in Veghel.
Menno:
Ja, dus hier een goede bekende en sinds vorig jaar stadsdichter.
Brandon:
Klopt, ja. Heel leuk. Ik ben er best wel druk mee. Vandaag vooral leuk. We mochten een mooie voorleeswedstrijd jureren, samen met jou.
Menno:
Ja, we hebben elkaar vandaag al een keer gezien.
Brandon:
En nu dan weer met jou de podcast. En met de andere gast.
Menno:
Die gaan we nou introduceren. Sonja van den Heuvel.
Sonja:
Ja, heel leuk om hier te zijn.
Menno:
En jij bent van de bibliotheek?
Sonja:
Ja, ik werk al een tijdje bij de bieb met ontzettend veel plezier. En daar ben ik bibliothecaris en programmamaker, met name voor volwassenen.
Menno:
Oké, dus jij richt je vooral op programma's voor volwassenen?
Sonja:
Ja, en het fijne daarvan is, eigenlijk kun je daar alles wel aan koppelen.
Menno:
Geef eens wat voorbeelden dan. Wat kunnen we er allemaal aan koppelen?
Sonja:
Nou ja, behalve natuurlijk boeken. Dat is onze stiel. Kun je daar ook bijvoorbeeld, ik noem maar even, Digisterker aan koppelen. Dat is ook iets voor volwassenen. En dat is dan niet zozeer mijn richting. Maar het verkiezen van een stadsdichter, dat is ook mijn ding.
Menno:
Daar gaan we zo meteen natuurlijk over door praten.
Sonja:
Ja. En je kunt eigenlijk zo gek niet bedenken of er is wel iets te koppelen aan volwassenenprogrammering of kennismakers. Dat vind ik zelf een ontzettend mooi programma. Dat doet mijn collega. En als je gewoon een hobby hebt of iets waar je ontzettend goed in bent, dan kun je daarover komen vertellen. En jouw kennis delen met degenen die dat heel graag willen aanhoren.
Menno:
Dat is ook wel echt iets van de bibliotheken. Het is niet alleen boeken. Dat is misschien wel het kernproduct. Maar er vindt veel meer plaats in de bibliotheek. Zoals dat Digisterker wat je noemt. Mensen meer wegwijs maken in de digitale wereld.
Sonja:
Ja.
Menno:
Maar er is ook kennismakers. Dus dat iemand kan komen vertellen wat hij allemaal weet van een bijzonder onderwerp.
Sonja:
Ja, we hebben vijf pijlers waar we ons een beetje aan vasthouden. En daar valt natuurlijk literatuur onder. Maar ook ontmoetingen en debatten. Dat is iets wat ik zelf ontzettend leuk vind om te doen. We hebben nog niet zo heel lang geleden een Tegenlicht meet-up georganiseerd. En daarin gaan we dus met het publiek in gesprek. En dat is ook de bibliotheek. Dat je dus aan de hand van een VPRO-uitzending, in dit geval ging het over duurzaamheid, een debat organiseert. En daar loop ik heel erg warm voor. Dat vind ik heel leuk. Het democratische burgerschap eigenlijk.
Menno:
Ja, ook een belangrijk onderdeel van het bibliotheekwerk. Maar vandaag, we hebben hem al voorgesteld, Brandon Versantvoort, onze stadsdichter. Dichten, poëzie, Sonja. Is dat iets waar een bibliotheek ook in het bijzonder mee bezig is? Of op een bepaalde manier aandacht voor vraagt?
Sonja:
Nou, zeker wel. Je hebt natuurlijk ook de Poëzieweek. Die vindt eind januari steeds plaats. En het is niet zo dat we daar elk jaar bij aanhaken. Maar we hebben ook een mooie collectie poëzie. Zowel voor jong als voor oud. Dat we dus actief betrokken zijn bij de werving van de stadsdichter. Ik denk dat dat wel te kennen geeft dat we wel actief bezig zijn met poëzie. En dan ook met spoken word, wat de laatste jaren heel erg in opkomst is. Ik weet niet hoe jij het ondervindt, maar toen ik bij de bibliotheek kwam werken was het vooral iets randstedelijks. En moesten we hier eigenlijk nog een beetje de ogen openen voor het spoken word. Wat echt een prachtige manier is om jezelf te uiten. Maar wat ook een manier is voor jongeren om je te uiten. Omdat het toch een andere manier is van dichten. Maar daar zit ook een muziekvorm onder, vind ik. Er zit veel meer een flow in. Dat kan jij veel beter vertellen dan ik.
Menno:
Nou, Brandon, kom op. Wat is nou spoken word? Vertel de luisteraar nou eens wat dat inhoudt.
Brandon:
Eigenlijk is spoken word precies hetzelfde als poëzie. Alleen, poëzie wordt veelal geschreven om te lezen. Dus om op papier te hebben. En spoken word wordt vaker op het podium voorgedragen. Op verschillende manieren. Het kan met muziek zijn inderdaad. Het kan ook gewoon zo zijn. Het mag ritmisch zijn of niet. Er zijn ook wat minder regels dan bij poëzie. Poëzie is meer van de literaire wereld. En spoken word word je wat vrijer ingelaten.
Menno:
Dus meer een podiumkunst bijna, zou je kunnen zeggen.
Brandon:
Ja, een podiumkunst. En er zit ook vaak wel een maatschappelijk dingetje achter. Dus het komt vanuit de tijd in New York. De sloppenwijken daar. De zwarte mens die daar onderdrukt werd. En eigenlijk nog steeds. Het slavernij was er niet meer.
Menno:
De erfenis leeft eigenlijk nog wel voort.
Brandon:
En je had dan Gil Scott Heron bijvoorbeeld. Dat is een hele bekende poëet en muzikant. En Babs Gons. Die kent iedereen denk ik. Als je Babs Gons nog niet kent. Dat is de dichter des vaderlands hier in Nederland. Zij ging dus naar Gil Scott Heron in New York. En daar leerde ze zoveel nieuwe spoken word artiesten kennen. Dat kende ze eigenlijk nog niet. En eigenlijk waren die nog beter dan Gil Scott Heron.
Menno:
De navolgelingen overtreffen in feite de meester.
Brandon:
Ja, en dat heeft ze terug mee naar Nederland genomen. En zo is poetry circle ontstaan. En zo is heel die spoken word movement in Nederland ook ontstaan.
Menno:
Jij bent ook spoken word artiest. Je hebt de titel stadsdichter. Dus die mag je met trots dragen. Maar als je andere mensen tegenkomt. Vertel je ook dat je spoken word artiest bent.
Brandon:
Ja, klopt. Ja, want ik vind het fijner en leuker om op het podium te staan. En het voor te dragen, dan dat ik het opschrijf en dat het gewoon gelezen wordt. Omdat, ik kan zelf op het podium, kan ik er de juiste toon en de juiste emotie aan geven. En als je iets leest. Alleen leest, dan ontbreekt dat. Net als bijvoorbeeld met surprise vroeger, had je Sinterklaasgedichtjes. Als iemand anders dat dan moet gaan oplezen terwijl jij het hebt geschreven. Dan gaat het altijd mis. Ik weet niet of jullie dat je kunnen herinneren.
Sonja:
Mee eens. Ik was ook heel eigenwijs. Ik wou mijn eigen gedicht voorlezen.
Brandon:
Ja, maar dan kun je het veel beter overbrengen. En zo zie ik dat.
Menno:
Ben je hier al van jongs af aan mee bezig? Of is dat later in jouw leven gekomen? Van ik vind dit eigenlijk hartstikke leuk om dit te doen.
Brandon:
Ja, ik heb altijd al heel veel affiniteit met rapmuziek gehad. En ik wil natuurlijk heel graag rapper worden, zo goed als Eminem en Tupac en Biggie. Maar ja, zodra ik dan begon met schrijven. Ja, vond ik het altijd maar niks. En ik ben heel kritisch op mezelf. En ik vond het ook heel moeilijk om binnen die ritmiek te schrijven. En dan ja, als ik soms naar rappers luister, dan hoor ik van die zinnen dat ik denk dit slaat eigenlijk nergens op. Maar het klinkt prima. En de zin daarvoor en die twee zinnen daarna, daar zegt hij wel echt iets wat me echt raakt. Maar dat vind ik dan lastig. Ik moet in elke zin wel iets nuttig zeggen.
Menno:
Iedere zin moet raak zijn.
Brandon:
Ja, niet, het moet raak zijn, maar moet in ieder geval geen onzin zijn, moet niet een aantal woorden zijn om maar te rijmen. En toen leerde ik spoken word kennen en dat was eigenlijk, waar je vroeg, dat was in coronatijd. Hadden we even tijd dat we met elkaar buiten met x-jes tussen elkaar getapet, naast elkaar mochten gaan zitten bij Zinnig Zuiden in Den Bosch en toen was er een plekje vrij. En toen ben ik op het podium gegaan om voor het eerst iets te delen en met bibberende handen en een bibberende stem heb ik dat toen gedaan. Ja en toen dacht ik, oh ja, ik heb dit gedaan. Ik heb dit overwonnen. Ik heb altijd heel erg last van faalangst gehad. Ik dacht, dit moet ik vaker gaan doen. En dat ben ik dus gaan doen. En toen heb ik een keer voor Zinnig Zuiden op het podium echt mogen optreden in de Verkadefabriek. En er waren heel veel hele goede artiesten, echt. En die kwamen allemaal dus van poetry circle en die zeiden, jij moet jezelf opgeven. En toen heb ik dat dus twee keer gedaan. En ja, toen is het echt heel snel gegaan.
Menno:
Ja, het is eigenlijk nog maar een paar jaar geleden dat dit gebeurde. In de coronatijd.
Brandon:
Klopt, ja. Ja, drie, vier jaar ben ik er nu mee bezig.
Menno:
Ik zag Sonja ondertussen heel trots en heel blij kijken bij jouw verhaal. Sonja, dit spreekt jou heel erg aan.
Sonja:
Ja, heel erg. Want wat jij net vertelde over dat op het podium staan. Ik zie jou nou natuurlijk zo zitten en ik ken jou al een beetje, al langer. Maar als jij op het podium staat, ik weet niet, dan gaan jouw schouders naar achteren en dan sta jij daar. Vind ik heel knap. Ook omdat je net zei, ik heb faalangst. Nou, als je daar staat, dan zie je dat niet. Want jij performt echt. En dan denk ik van, het is zo leuk dat we dus nu een hele andere stadsdichter hebben. Dan de vorige keer met Rick. Dat is gewoon heel leuk dat het gewoon ook op deze manier kan. En jij spreekt weer een heel ander publiek aan. En dan denk ik van, ja, dan ben ik toch wel blij met de keuze.
Menno:
Laten we daar anders maar meteen even op inspringen. De stadsdichter.
Sonja:
Ja.
Menno:
We hadden een stadsdichter, Rick Terwindt. Die is dat best lang geweest. Omdat we ook in de coronaperiode dat nog een keer verlengd hebben. Maar vorig jaar is het initiatief genomen, ook weer vanuit de bibliotheek en een aantal anderen. Om opnieuw een nieuwe stadsdichter te gaan zoeken. Kan je daar wat over vertellen, Sonja?
Sonja:
Ja, ik heb het er toevallig net nog over gehad. Ik zei van, dat is een van de leukste dingen die ik heb gedaan. Dat was gewoon een traject met een aantal samenwerkingspartners. Dus de gemeente natuurlijk. Maar ook Jan van Hoof van Fabriek Magnifique. Rick is natuurlijk ook aangesloten. En we hebben wel meerdere partijen erbij betrokken. Om zo breed mogelijk een stem uit te kunnen brengen op de stadsdichter. En we zijn met elkaar om tafel gaan zitten. En we hebben gedacht van, nou, hoe gaan we dit aanpakken? Welk plan de campagne? En er moest een goed persbericht komen waarin ook duidelijk stond wat er werd verwacht van de stadsdichter, zonder dat het schools klinkt. Van, wat kan wel en wat kan niet? Moet je uit Meierijstad komen of mag je ook ergens buiten de regio komen en een goede binding in Meierijstad? Allemaal regels. Zodat je eigenlijk, want het kan maar duidelijk zijn. En om teleurstellingen te voorkomen. En daar hebben we heel goed over nagedacht. En toen hebben we ook gedacht van, hoe zetten we het nou naar buiten toe goed uit?
Menno:
Want je wilt natuurlijk dat interessante mensen zich aanmelden. En gaan meedingen om die titel.
Sonja:
Ja, precies. En wat we ook wilden. We wilden het zo laagdrempelig mogelijk houden om misschien daar ergens die parel, die denkt van; ik wil dat heel erg graag, maar volgens mij kan ik het niet, toch dat gevoel te geven van ook ik mag gewoon mezelf inschrijven. En ook ik maak kans. En dat vonden we heel erg belangrijk. En we hebben van alles gedaan. Posters opgehangen. Banieren overal opgehangen. En dat vond ik zelf heel erg leuk. Buiten het raadhuis hier. En die grote posters met jullie gedichten. En mensen die fietsten daar ook langs. En die botsten bijna. Om het maar te kunnen lezen. Het was zo leuk om te zien. QR-codes erop. Zodat mensen ook konden stemmen.
Menno:
Dan ben je al in de fase. Dat er nog drie mensen in de race waren.
Sonja:
Ik sla gewoon een heel stuk over.
Menno:
Er waren natuurlijk meerdere aanmeldingen. Maar daaruit zijn toen drie mensen, waaronder dus Brandon, naar voren gekomen. Er waren ook echt drie goede kandidaten.
Sonja:
Er waren echt drie goede kandidaten. We vonden het echt heel moeilijk. Maar Brandon kwam eigenlijk als laatste binnen. En we hadden dus al twee kandidaten sowieso.
Brandon:
Ja, mijn mail was verkeerd gegaan. Ik had dus wel op tijd gemaild, maar ik kreeg geen bericht. Dus volgens mij had ik nog een keer gemaild. We hebben nooit een mail gehad, Brandon. Dus ik keek. Stond hij nog in mijn postvak uit. Toen was ik echt gestrest. Toen dacht ik, shit. Gebeurt mij weer, weet je wel.
Menno:
Maar het kwam goed.
Sonja:
Jazeker. En plus we hadden gewoon echt best veel aanmeldingen. En ook van mensen die gewoon, dat is gewoon heel leuk, dat mensen zo hun best doen. Want je moet toch jezelf heel kwetsbaar opstellen, denk ik.
Menno:
Ja, het is iets heel erg van jezelf natuurlijk. Je werk, je creatieve werk. En je zet je kwetsbaar op. Andere mensen moeten er dan iets van vinden.
Sonja:
Precies. En daar moet je dus heel voorzichtig en secuur mee omgaan. En we hebben al die gedichten goed doorgelezen. En los van elkaar hebben we stemmen uitgebracht. Dus we waren er wel vrij snel uit. Van oké, met deze drie gaan we door. En aan de hand daarvan hebben we dus weer een nieuwe campagne opgesteld. Ja, we zijn echt heel flink bezig geweest. Maar ook om het zo breed mogelijk uit te zetten. En om Brandon en de andere twee kandidaten ook wel exposure te geven. Want er waren ook wel echte dichters. En die stonden ook wel echt midden in Meierijstad. En als je het dan uiteindelijk niet wordt, maar je hebt de maanden daarvoor toch wel heel veel reikwijdte gehad. Is het ook heel erg leuk.
Menno:
Ja, want ik kwam jullie bijvoorbeeld tegen bij het 1 Ander festival in Schijndel. Jullie waren echt op een soort van tour.
Brandon:
Ja, Rick die kreeg ook de opdracht om ons een beetje te laten proeven van wat nou stadsdichterschap is. Dus die heeft ons ook alle drie een plekje gegeven op 1 Ander festival om voor te dragen inderdaad. Ik had ook een heel leuk gesprek met een van de organisatoren met de nieuwjaarsborrel van de gemeente. En ik mag ook een mooi gedicht schrijven voor het dertigjarig bestaan van 1 Ander festival. Dus dat is ook echt een enorme eer.
Menno:
Ja, zo kom je helemaal in het culturele wereldje.
Brandon:
Ja, inderdaad. Ik word zo veel benaderd door alle mensen dat ik door de bomen soms het bos niet meer zie. En ik ben echt heel slecht met mailen enzo.
Menno:
Dan staat het weer in je postvak uit?
Brandon:
Ja, of ongewenst. Daar komt ook heel veel in terecht. En dan zie ik dat pas na een week. Ik denk, oh ja, chips. En dan komen er weer honderd mails overheen. En dan vergeet ik die mail weer. Sorry als je luistert als ik je mail vergeten ben.
Menno:
Het zijn privileges die misschien bij het stadsdichterschap ook horen.
Brandon:
Ja, ik ben wel echt een verstrooide artiest wat dat betreft.
Menno:
Sonja, uiteindelijk gingen we naar die apotheose tijdens Fabriek Magnifique. Die prachtige tuin bij de bibliotheek hier in Veghel. Dat was een mooie avond.
Sonja:
Daar hebben we allemaal zoveel energie aan overgehouden. Dat was zo leuk. En ik vond het een compacte avond. We konden jullie een podium bieden op een festival. Nou, wat wil je nog meer? De kandidaten waren gewoon sowieso al goed. En ja, we hebben wel heel lang over gedaan over de keuze. We waren er wel over uit. Maar we hadden zoiets van, ja, God, hoe gaan we het echt doen? En wie willen we aanspreken? De doelgroep vonden we deze keer heel erg belangrijk ook. En ik vind, Brandon sluit heel goed aan op een jongere doelgroep. En daarom is de keuze ook echt op jou gevallen. En ook, ja, jouw gedichten komen gewoon ontzettend binnen. En tijdens die avond van Fabriek Magnifique, ja, dat was natuurlijk een prachtig podium om daar de nieuwe stadsdichter bekend te maken.
Menno:
Hoe kijk jij daarop terug, Brandon?
Brandon:
Ja, dat was zo'n mooi moment. Ik was super gespannen natuurlijk. En er waren uiteindelijk ook best wel wat vrienden en familie komen kijken. Ja, je hoopt natuurlijk toch heel erg dat je wint. En je weet het natuurlijk niet. Je weet niet wat de jury precies zoekt en waar ze voor vallen. Ja, dus toen ik het hoorde, ja, dat was echt... Ja, ik kan nou al geen woorden verzinnen om het te beschrijven. Het was echt heel gaaf om dat mee te mogen maken. Daarna moest ik mijn gedicht nog een keer doen. En toen was ik mijn tekst ook vergeten.
Menno:
Vanwege de spanning en de ontlading.
Brandon:
Ja, vanwege de spanning en de ontlading. Ja, super gaaf. En toen werd ik de dag erna door Jan van Hoof, shout-out naar Jan van Hoof, werd ik meteen gebeld. Hé, Brandon, morgen sta je trouwens op het podium. Moet je eventjes Fabriek Magnifique afsluiten. Schrijf even iets leuks over Fabriek Magnifique.
Menno:
Ja, zo word je in één keer in het diepe gegooid.
Brandon:
Ja, toen werd ik in het diepe gegooid door hem. Ja, maar dat is ook goed onthaald dus.
Menno:
Wat ik me zo afvroeg, Brandon. Staat jouw spoken word artiest altijd aan? Denk jij in gedichten, in van die frases die je gebruikt? Of is dat, dat je soms even in een creatieve modus moet komen? Of is dat iets wat eigenlijk gewoon de hele dag doorgaat?
Brandon:
Hm, ja, soms wel. Soms ook niet. Soms heb ik er ook gewoon geen zin in. Het is nog steeds mijn hobby en niet mijn beroep.
Menno:
Het is niet zo dat als je op een terras ergens zit of in een park op een bankje en je ziet dingen gebeuren, dat dan in een notitieboekje of in je telefoon…
Brandon:
In heb mijn telefoon, heb ik echt honderden notities met een zinnetje of een gedachtegang. Of hier moet ik nog een keer over schrijven. En dan wordt er heel vaak niet meer naar omgekeken. Of denk ik, wat bedoelde ik hier ook alweer mee? Was ik weer filosofisch. Heel vaak als ik onder de douche sta. Dan komt het in één keer eruit. Ik weet niet. Misschien omdat het mij een heel veilig gevoel geeft, omdat het me doet denken aan mijn moeders baarmoeder of zo. Ik weet het echt niet. Iets Freudiaans. Nee, maar ik doe er vaak wel langer over als ik schrijf. Vaak schrijf ik het niet in één rits, in één keer. Vaak wil ik er ook wel even wat tijd overheen laten gaan. En dan kijk ik er weer naar en dan heb ik weer nieuwe inzichten. Dan denk ik, oh die zin kan anders. Oh, dit rijmt eigenlijk best wel makkelijk met elkaar. Dan kan ik voor mijn gevoel wel tot iets beters komen.
Menno:
Het evolueert steeds beter. Je hebt rijpingstijd nodig.
Brandon:
Inderdaad. Alleen met stadsdichterschap heb je soms helemaal niks te kiezen.
Menno:
Soms is er geen tijd, maar je gaat direct het podium op.
Brandon:
Laatst was ik op Radio 1 met een ode aan Veghel. Ja, dat hoorde ik een paar dagen van tevoren. En toen dacht ik, oh, Radio 1 gaat heel Nederland dit horen. Dan denk ik, oh, dan moet ik wel even heel goed gaan nadenken. Al die andere filmpjes die ik doorgestuurd had gekregen van andere stadsdichters die dat al een keer gedaan hadden. Dacht ik, ben ik wel poëtisch genoeg? En zeg ik wel wat ik moet zeggen? En is dit wel goed genoeg voor Veghel? Ik was echt gespannen en dat hoor je aan het begin ook wel met mijn ademhaling.
Sonja:
Ik vond het heel mooi. Ja, echt heel mooi. Ik heb niet gehoord dat je gespannen was. Dus dat wil zeggen dat mijn aandacht uitging naar wat je zei.
Brandon:
Dankjewel, lief.
Sonja:
Dat was echt. Het was echt heel mooi.
Menno:
We zijn allemaal ook een beetje trots dat dat daaruit voortgekomen is op nationale radio.
Brandon:
Ja, ik ben er ook wel heel erg trots op zelf dat ik die kans heb gekregen.
Menno:
Heb je zelf nog bepaalde dichters of spoken word artiesten, je noemde er al een paar, die voor jou echt een inspiratiebron zijn of een voorbeeld?
Brandon:
Ja, Manu van Kersbergen. Hij is bezig met een theatertour. Hij heeft ook een album met wat nummers uitgebracht. Maar die theatertour heb ik 2,5 keer gezien. En de laatste, dus waar hij nu mee aan het rondtoeren is, die is nu echt af, zegt hij ook. En ja, dat is zo goed. Alles geeft het vijf van de vijf sterren, Volkskrant en ik weet het allemaal niet. Dat is echt een aanrader, als je daar nog naartoe kan. Hij kan zo goed zijn ziel blootleggen en je zo goed meenemen met zijn woordkunsten. Het is echt fenomenaal.
Menno:
Want waar staat zo iemand dan? In theaterzalen?
Brandon:
Theaterzalen, ja. Ik heb het op Festival Boulevard gezien dan. Toevallig. Daar kon ik ook nog eens gratis heen omdat ik op Boulevard aan het werk was. Dus dat was wel top. Maar ja, allemaal verschillende theaterzalen inderdaad. En een andere is Derk Otte. Dat is ook een hele bekende. Die doet heel veel op social media ook, op Instagram. En ja, die is ook zo goed met woorden. Vroeger was hij stotteraar en nu stottert hij niet meer. En schrijft hij echt de mooiste... Hij kan in vier zinnen een heel verhaal vertellen. Het is echt bizar. En dan perfect rijmend ook. Ja, echt een ware inspiratie. Derk Otte. Ja, dat moet je echt checken. Zeker.
Menno:
En jij Sonja? Heb jij ook zo wat namen dat je denkt van nou, die spreken mij heel erg aan?
Sonja:
Ja, Babs Gons vind ik nog steeds, omdat zij een beetje de moeder is van de spoken words in Nederland, draag ik haar nog altijd een warm hart toe. En ze heeft ook voor kinderen gewoon een heel mooi boek geschreven over spoken words. En dat hebben wij in de bibliotheek altijd heel erg gekoesterd. En daar liep ik altijd mee rond. We moeten iets met spoken word. Dat was een paar jaar geleden toen ook. Dus daar moet ik dan steeds aan denken. Ik vind, nou kom ik niet op haar naam, maar dat meisje dat op 4 of 5 mei destijds de openingsrede heeft, of de spoken word voordracht heeft gedaan. Oh, ik kan het hond een keer zeggen. Maar zij is een Indisch of een Moluks meisje in ieder geval. En zij kon het ook heel mooi verwoorden. Ik heb denk ik niet zozeer een voorkeur. Ik hou wel heel erg van poëzie. Ik hou bij spoken word heel erg van het ritme. En van een soort andere invalshoek. Wat jij zegt is maatschappij kritisch. Dat vind ik, spreekt me ook heel erg aan. Terwijl voor mijn gevoel, en dat is natuurlijk helemaal niet helemaal waar wat ik nou zeg, is poëzie dus iets wat je echt leest en tot je neemt, vaak zachter. Ik weet niet zo goed hoe ik het moet zeggen. Maar is vaak zachter, terwijl spoken word komt veel meer binnen.
Menno:
Ja, misschien is poëzie wat esthetisch. En spoken word ook wat de rauwe kant van het leven laat horen. Want dat is ook wel een beetje jouw thema toch? Dat maatschappij kritische, maatschappelijke betrokkenheid.
Brandon:
Ja, ik blijf het herhalen. Maar ze zeggen vaak dat poëten de stem van het volk zijn. Dus ik vind dat waar poëzie vandaan komt, spoken word vandaan komt. Ik vind dat altijd belangrijk om in je achterhoofd te houden. Dus je hoeft niet altijd zwaar diepe kritische teksten te schrijven. Maar weet wel dat het ontstaan is vanuit dat beeld. En dat houd ik altijd in mijn achterhoofd. Mag ik nog een spoken word artiest noemen? Die is ook heel goed en juist echt dat kritische. Lev Avitan. Hij heeft op NPO ook een korte film uitgebracht. Niet zo lang geleden. Hij is half Marokkaans, half Turks. Maar zijn vader was dan Turks Moslim. En zijn moeder was Marokkaans-Israëlisch. En dat clasht ook heel erg in zijn identiteit. En daar heeft hij een hele mooie film over gemaakt. Heel indrukwekkend. Lev Avitan. Echt een aanrader.
Menno:
Het gaat ook weer over best een actueel thema natuurlijk.
Brandon:
Ja, het gaat over Israël-Palestina inderdaad. Het gaat ook over zijn relatie met zijn moeder. En relatie met zijn eigen onzekerheden.
Menno:
Is dat ook wel iets wat veel spoken word artiesten doen. Veel vertellen over identiteit. Of iets waar ze zich misschien over opwinden. Wat er maatschappelijk gebeurt. Of boos over maken.
Brandon:
Je moet altijd vanuit je eigen perspectief schrijven. Ik kan wel proberen te schrijven vanuit het perspectief van een vluchteling. Maar ik ben nooit vluchteling geweest. Dus ik weet niet hoe het is om een vluchteling te zijn. Ik kan alleen maar vertellen wat het met mij doet dat ik hen zo zie. En dat is een van de dingen die ik heb geleerd van mijn medepoëten. Schrijf vanuit je eigen perspectief.
Menno:
Want er is een soort community. Je hebt geleerd van medepoëten. Zijn er zo mensen, misschien ook in Meierijstad. Maar je bent ook wel in Den Bosch. In de omgeving in ieder geval van jou. Die samen optrekken.
Brandon:
In Meierijstad weet ik nog niet zo goed. Ik heb wel binnenkort mijn eerste eigen open podium. In Meierijstad in het Koekbouwcafé, 20 maart. Jullie zijn ook van harte uitgenodigd. Dus ‘s avonds. En dan krijgen tien mensen vijf minuten de tijd om iets te doen. Mag alles zijn met taalkunst. Er komen sowieso al een paar vrienden van mij, waar ik groot fan van ben. Om aan de rest te laten zien wat kan poëzie allemaal zijn. Maar de rest van die plaatsen zijn voor mensen uit Meierijstad en omgeving. En die mogen allemaal op elk niveau mogen zij hun zegje komen doen. En daar hoop ik ook een communitytje mee op te bouwen. In Den Bosch heb je in ieder geval Zinnig Zuiden. Daar heb je ook schrijversblok waar mensen maandelijks samenkomen om te schrijven. Zo ben ik ook begonnen. En zoals ik al zei poetry circle. Als je wil groeien als artiest en als schrijver is poetry circle echt het platform om bij aan te haken. Het is zo'n fijne linkse bubbel. En iedereen gunt elkaar alle ruimte. En de coaches zijn ook echt heel goed. Ik heb zoveel geleerd van mijn coaches daar. Dus dat is echt een aanrader. Het is wel net begonnen weer. Dus volgend jaar kun je jezelf er weer voor inschrijven. Maar echt een aanrader.
Menno:
Sonja dit klinkt wel wat Brandon 20 maart van plan is met het open podium, zo bouw je een beetje aan een community. Misschien ook met het oog weer op 2026, is dat dan. Want dan zoeken we natuurlijk weer een nieuwe stadsdichter.
Sonja:
Ja, voor mijn gevoel is het nog heel ver weg.
Menno:
Is het ook nog.
Sonja:
Ja maar aan de andere kant als ik zie hoeveel tijd we eraan hebben besteed. Met een zoektocht naar Brandon. Dan moeten we gewoon ook weer op tijd beginnen. En ik heb toch een wens. En misschien mag ik het hier nog helemaal niet uitspreken. Maar ik doe het toch. Want het lijkt me gewoon ontzettend leuk om naast een stadsdichter ook een kinderstadsdichter te hebben.
Menno:
Een kinderstadsdichter.
Sonja:
Ja en ik denk Kelly Verdonk. De stadsdichter van Den Bosch.
Brandon:
Shout-out naar Kelly.
Sonja:
Ja, juist. Die bekommert zich daar ook heel erg al mee. Om het stadsdichterschap voor kinderen. Zij richt zich ook heel erg op primair onderwijs. En dan denk ik, ja jeetje, dat zou toch gewoon prachtig zijn. Als we dat ook waar zou kunnen maken hier in Meierijstad. Maar ja, wie weet praat ik voor mijn beurt. Maar ik heb het vaste ballonnetje.
Brandon:
Ik vind het een heel leuk idee. En ik werk er graag aan mee. Ja, ik heb de vorige kinderstadsdichter van Den Bosch, heb ik ook samen mee op pad gemogen om haar voor te stellen aan verschillende klassen. Dat mocht ik van Kelly doen. Dat was super leuk, ja.
Menno:
Het idee is in ieder geval gelanceerd.
Sonja:
Nou daar kunnen we wel iets mee. Ja het lijkt me ontzettend leuk. Ook gewoon als je dan denkt van hoe breng je taal op een fijne manier onder de aandacht. En dat het geen moet is. Of dat het niet iets is waar je moe van wordt. Waarvan je denkt van, oh, moet ik dat doen.
Brandon:
Moet ik weer rijtjes leren. Of begrijpend lezen.
Sonja:
Ja, zoiets. En dan denk ik met zo'n kinderstadsdichterschap kun je het op een hele fijne manier onder de aandacht brengen. En kun je er dus denk ik een hele mooie, een fijne nasmaak aan geven aan taal.
Menno:
Ja, nou misschien tenslotte dan als afsluiting van deze podcast. Als er nou een kind, een jongere, in Meierijstad deze podcast luistert, wat zou je die dan willen meegeven als het gaat over spoken word, poëzie, om eens bij jou te beginnen, Brandon.
Brandon:
Zo. Dan stel je me een vraag.
Menno:
Wat zou je tegen die jonge Brandon willen zeggen. Die misschien hier wel iets mee zou willen of misschien kan ontdekken.
Brandon:
Taal kan veel meer dan dat je in eerste instantie denkt. En denk vooral niet dat poëzie iets stoffigs, flauw of fleurigs is. Rap is ook poëzie. Dus check hoe jouw favoriete rapper, of hoe jouw favoriete zanger het doet. En wordt daardoor geïnspireerd.
Menno:
En jij, Sonja. Hè, nog even een boost geven aan dat kandidaat kinderstadsdichters er dan zijn.
Sonja:
Ik denk vooral dat je niet bang moet zijn om je gevoel bloot te geven. Dat je gewoon moet durven zeggen hoe jij de dingen voelt of aanvoelt. En dat het helemaal niet gek is. Misschien dat kinderen, of als je jong bent, tenminste dat had ik, dacht ik als oh, dan gaan ze me dadelijk uitlachen, ik sta voor schut. Nou, ik denk dat niemand dat vindt. Het gaat erom hoe je daar staat en hoe je het brengt. En dan kan je het meest gevoelige zo weergeven dat niemand denkt van nou ja, wat is dit nou? En ja, gewoon dapper zijn.
Menno:
Dapper zijn.
Brandon:
Ja, wat je zegt, zij doen het tenminste.
Sonja:
Precies.
Brandon:
En daar mag al, zo zeg ik dat ook als ik host ben, deze mensen die gaan hier al op het podium staan, die doen al meer dan dat jullie doen. Dus daar mag ook zeker voor geklapt worden. En daar mag ook zeker respect voor gegeven worden.
Sonja:
Ja, dat denk ik ook. Ik denk dat je gewoon in eerste instantie sowieso al bewondering oogst. Dat denk ik, dus als je een podium zoekt…
Menno:
Nou, in ieder geval 20 maart in de Koekbouw op de Noordkade in Veghel bij het open podium voor spoken word. Dank voor de komst naar de studio. Sonja, Brandon, dank jullie wel.
Brandon:
Jij ook, heel bedankt.
Sonja:
Ja, ik vond het ontzettend leuk.
Menno:
En tegen de luisteraars zeg ik dank weer voor het luisteren naar de podcast Menno in Meierijstad en tot de volgende keer. Bedankt voor het luisteren naar deze aflevering van mijn podcast serie Menno in Meierijstad. Vond je het interessant? En wil je meer luisteren? Abonneer je dan via je favoriete podcast app.